Het sportende kind
Bij sporten gaat het om lekker bewegen en plezier maken en sporten is goed voor de lichamelijke en sociale ontwikkeling van een kind. Als je dan niet lekker mee kan doen, of zelfs aan de kant moet staan door een sportblessure of pijnklachten, is dat heel vervelend.
Sportende kinderen lopen regelmatig blessures op. Vooral tijdens een groeispurt zijn kinderen extra gevoelig voor blessures. Ook jonge fanatieke sporters lopen een groter risico op letsel.
De meest voorkomende blessures zijn:
- overbelastingsklachten, vaak gerelateerd aan groei (knie, enkel/ hiel, schouder)
- spierblessures
- verzwikte enkel
- achillespeesblessure
Kinderen vinden het heel lastig om stil te zitten, of om weken- of maandenlang geduldig en trouw een oefening uit te voeren, ook al is dat in hun eigen belang. Ze zijn in de groei, barsten van de energie en hebben in het algemeen geen of weinig ervaring met blessures en de pijn die daarmee samengaat. Toch is het belangrijk dat ze het nut inzien van bepaalde oefeningen, of een periode van aangepast sporten of zelfs afgedwongen rust, juist omdat ze nog groeien en een verwaarloosde sportblessure blijvende lichamelijke gevolgen voor ze kan hebben.
Als ondersteuning van de behandeling van de sportblessure kunnen we, indien nodig, gebruik maken van Elastisch Therapeutisch Tapen.
Kinderfysiotherapie kan helpen zo snel mogelijk te herstellen van de sportblessure, weer vertrouwen te krijgen in je lichaam en weer mee te kunnen doen in sport en spel.
